Ons bewustzijn is buitengewoon complex. Mensen maken gebruik van allerlei perceptie-trucs om er iets hanteerbaars van te maken. De ongrijpbaarheid zit 'm vooral in de ijlere lagen van ons bewustzijn, waar tijd en ruimte gaan schuiven. Als tijd en ruimte oplossen, zie er dan nog maar eens in terecht te komen. Iedereen snapt natuurlijk dat dat onmogelijk is. Toch kan ons bewustzijn het wel. Meditatie is een poging om er bij in de buurt te komen. Dat maakt meditatie ook zo fundamenteel in welke practise ter wereld dan ook. De "Moeder van alle meditaties" is de I-kracht. En die zet je allereerst aan met het begrip "zachte ogen". Dan zit je al op het goede spoor. Door vervolgens vaak te gaan "oversteken" tussen de verschillende polariteiten die we in ons leven, in de werkelijkheid in en om ons heen, kunnen waarnemen, kan het niet anders, of je raakt de abstractie van de gouden draad even aan. Dat switchen van de ene polariteit naar de ander, dat ondeelbare moment van oversteken, een abstractie dus, dat is het aanraken van de gouden draad.